P. KLENE
Santpoort, 21 februari 2010
Hartelijk geliefde broeders,
Deze brief schrijf ik u mede namens de Opziener, Oudste N. Klene en Evangelist Vis. Dit weekeinde zijn een aantal van u opnieuw geconfronteerd met een e-mail met bijlagen van broeder R. Rohn. Ik constateer net als velen van u, dat deze broeder alles in het werk stelt om onze Districtsapostel te beschadigen. Hij probeert hem te beschadigen als mens en in zijn ambtsopdracht. Daarom schrijf ik u vandaag als broeder van u allen, maar ook als broeder van onze Districtsapostel. Ik kan niet accepteren dat dit gebeurt.
Sinds de zomer van 2009 lopen er twee zaken door elkaar heen.
Zoals u weet, hebben wij als bestuur gemeend een zorgproject op te moeten starten als inkomstenbron voor onze kerk in de toekomst. Een beslissing waar wij wat betreft de intentie nog steeds achter staan. Broeder Rohn is gedurende een jaar in dienst geweest van de onderneming NVO waarin dit plan gerealiseerd zou worden. Vanuit deze onderneming was hij ook verantwoordelijk voor het bouwbeheer. In het bouwbeheer functioneerde broeder Rohn niet goed en daarnaast was hij niet transparant in zijn werkwijze inzake het zorgproject. Ook waren wij bezorgd over het beheer van de financiële middelen. Dit heeft geleid tot een intensieve controle van zijn werkzaamheden door een Raad van Toezicht en een inperking van zijn bevoegdheden.
Dit leidde tot spanningen tussen hem en deze Raad van Toezicht. Uiteindelijk leidde dit ertoe dat hij op 25 mei 2009 eenzijdig de samenwerking met de kerk opzegde. Daarbij heeft hij gemeend exorbitante eisen aan zijn vertrek te moeten koppelen waar wij als bestuur en Raad van Toezicht niet mee akkoord zijn gegaan. Dat heeft uiteindelijk geleid tot een conflict, schorsing en ontslag. Vanzelfsprekend zijn we daarbij juridisch geadviseerd. In dit traject zijn drie bemiddelingspogingen geïnitieerd vanuit het bestuur van onze kerk. Helaas zijn deze alle gestrand.
Als tweede bestaat er een project met vakantiewoningen in Oostenrijk. Hier heeft onze kerk, en dus ons bestuur, niets mee te maken. Broeder Rohn heeft in de tijd dat de verhoudingen nog goed waren geprobeerd om onze Districtsapostel hierin te betrekken. Deze heeft daarvan afgezien maar heeft uit interesse voor dit project hier wel een vakantiewoning willen kopen. Hij heeft daartoe een aanbetaling gedaan. Mijn inschatting is, dat de Apostel vanuit zijn enthousiasme, en een zekere onschuld van
vertrouwen, actief heeft meegedacht in de plannen. In een kort contact met de advocaat die de zaak van de familie De Bruijn behartigt, heb ik bevestigd gekregen dat onze Districtsapostel niet in dit project zit en zelfs al in 2008 zijn aanbetaling heeft teruggevraagd. Hij zag af van een vakantiewoning in dit project. Ook de aandeelhouders die de helft van dit project hebben gekocht bevestigen dat de Districtsapostel geen aandeel hierin heeft.
Beide zaken hebben geresulteerd in een rechtsgang. Ook vanuit ons bestuur hebben wij dat niet kunnen voorkomen. Broeder Rohn heeft daarbij niet geschroomd om de leden van het bestuur en de Raad van Toezicht openlijk te beschadigen en met acties lastig te vallen. Daarbij moet vooral onze Districtsapostel het ontgelden. Op sluwe wijze probeert broeder Rohn de rechtsgang te compliceren door zaken met klaar te verweven en de positie van de Districtsapostel kwetsbaar te maken. Indirect probeert hij zo de zaak van het arbeidsconflict en de kwestie Oostenrijk met elkaar te vermengen. Daarvoor is echter geen grond aanwezig.
In de onderzoeken die inmiddels lopen naar de handelwijze van broeder Rohn, zijn wij in contact gekomen met personen en ondernemingen die in het verleden zowel voor de kerk als broeder Rohn hebben gewerkt. Deze ontwikkeling is niet alleen onontkoombaar maar ook nodig en volstrekt legitiem. Het is belangrijk dat de advocaat en de verantwoordelijken vanuit de kerk goed zicht krijgen op alles wat er heeft gespeeld. Het gaat er ook om dat we moeten weten welke verantwoordelijkheden broeder Rohn als bestuurder van NVO is aangegaan.
Met het bovenstaande hoop ik u
een zo zuiver mogelijk beeld van de situatie te hebben geschetst. Daarbij had ik de behoefte om het op te nemen voor onze Districtsapostel. Hij kan zichzelf hierin lastig verdedigen. De aanvallen aan zijn adres verdient hij niet en deze zijn ook onterecht. Heel duidelijk zie ik, dat door deze strategie ook wordt geprobeerd onrust rond onze Districtsapostel te scheppen waardoor de druk op hem wordt verhoogd in de rechtsgang. Dat is niet fair en niet goed.
Wij waarderen het heel erg dat u allen rond deze kwestie de zwijgzaamheid betracht. Wij weten dat een aantal van u hier helemaal niets van wil weten, anderen zijn echter terecht bezorgd en willen toch enige duidelijkheid. Helaas kunnen wij pas na afloop van de rechtsgang volledige duidelijkheid geven. Tevens willen wij ons voor zover dat vermeden kan worden, niet begeven op het niveau van het openbaar conflict. Deze brief achtte ik echter toch noodzakelijk.
Met vriendelijke groet, mede namens de Opziener, de Oudste en Evangelist,
Uw P. Klene
Bron:
http://apostolischekritiek.nl/brief_pet ... _bruij.htm